Microsoft zegt de digitale aanvallen te kunnen herleiden tot China. Foto GERARD JULIEN/AFP
Een Chinese hackersgroep heeft gerichte inbraakpogingen gedaan bij Amerikaanse en West-Europese overheidsorganisaties, meldt softwarebedrijf Microsoft. Functionarissen van de niet nader genoemde instanties zouden doelwit zijn geweest van pogingen om binnen te dringen in hun e-mail. De hackers zouden zich onder meer hebben gericht op de Amerikaanse ministeries van Handel van Buitenlandse Zaken. Ze hadden het ook gemunt op privéaccounts van hun slachtoffers.
Volgens de New York Times zouden de hackers een e-mailaccount van de Amerikaanse minister van Handel Gina Raimondo zijn binnengedrongen, kort voor het bezoek, vorige maand, van haar collega Antony Blinken (Buitenlandse Zaken) aan China. Raimondo zou de enige bewindspersoon zijn bij wie de inbraak is geslaagd, en er is geen gevoelige informatie buitgemaakt, beweren Amerikaanse overheidsbronnen tegenover de krant.
Microsoft heeft de inbraak nog niet kunnen koppelen aan een al bekende hackersgroep en noemt de aanvallers daarom voorlopig Storm-0558. Wel zegt het bedrijf de aanvallen tot China te hebben herleid. Gezien de doelwitten en de met chirurgische precisie uitgevoerde aanval, vermoedt het bedrijf dat de hackers inlichtingen hebben willen verzamelen.
Onderlinge spanningen
De ontdekking komt op een moment dat de Verenigde Staten en China proberen hun onderlinge betrekkingen te verbeteren. De spanningen tussen de grootmachten zijn de laatste maanden opgelopen, onder meer door de ontdekking van Chinese spionageballonnen in het Amerikaanse luchtruim, en door steeds strengere Amerikaanse exportbeperkingen op het gebied van chiptechnologie. De ballonnenkwestie leidde ertoe dat Antony Blinken in februari een gepland bezoek aan China afzegde. In juni reisde hij alsnog naar Beijing, deze maand gevolgd door minister Janet Yellen van Financiën. En komend weekend arriveert de Amerikaanse klimaatgezant John Kerry in China om met zijn Chinese evenknie over reductie van CO2-uitstoot te praten.
Een woordvoerder van het Chinese ministerie van Buitenlandse Zaken noemde de berichten over de hack in zijn dagelijkse persconferentie woensdag „desinformatie”. „De Verenigde Staten zijn ’s werelds grootste hackersimperium en mondiale cyberdief.”
Een lange rij ChristenUnie-leden, veel zestigers, schuifelt zaterdag het partijcongres in Ede binnen. Ze worden verwelkomd met koffie, thee en glacékoeken met een blauw CU-hartje. „We zijn verbonden door ons verlangen naar christelijk-sociaal beleid,” zegt de eerste spreker Mirjam Muis, gemeenteraadslid in Molenlanden (Zuid-Holland), op het podium. Maar die eenheid staat onder druk door de pro-Israëlische koers van de ChristenUnie en het genocidale geweld in Gaza.
Een Israël-motie van 19 leden die oproept tot een radicale koerswijziging krijgt geen meerderheid, maar wel 28 procent van de stemmen: een opvallende uitslag voor een partij die zich altijd achter Israël schaart. „Overal schieten plantjes op”, zegt indiener Arthur Hegger, gepensioneerd klinisch psycholoog. Een jaar geleden diende hij een vergelijkbaar voorstel in. „Toen was het nog spannend of ik überhaupt tien mensen zou vinden om de motie mee in te dienen.”
Lees ook
Luister de podcast Hoe de vanzelfsprekende christelijke steun aan Israël afbrokkelt
Die motie roept het CU-bestuur op tot een koers volgens internationaal recht, expliciete steun aan de tweestatenoplossing, beëindiging van de Israëlische nederzettingenpolitiek en behoud van de Nederlandse ambassade in Tel Aviv.
Het partijbestuur ontraadde de motie. Partijvoorzitter Ankie van Tatenhove (die zaterdag is opgevolgd door Marco Vermin) erkent dat de Israëlische regering vrede in de weg zit, maar vindt dat de motie voorbij gaat aan de veiligheidszorgen om Israël. „We hebben flanken, we koesteren flanken, maar het zijn wel ónze flanken”, zegt Van Tatenhove.
Controversiële oproep
Een tweede Gaza-motie krijgt steun van het bestuur, en haalt het wel. Die is in lijn met de huidige koers: Hamas veroordelen én Israël aansporen tot vrede. Die motie omvat tevens een oproep aan lokale CU-politici om terughoudend te zijn met publieke uitingen over het conflict – net in de week waarin de Rotterdamse burgemeester en partijprominent Carola Schouten een lange brief over Gaza publiceerde.
Waterschapscommissielid Jos den Hengst is verontwaardigd over die oproep in de motie. „Alsof lokale politici niet weten hoe zorgvuldig om te gaan met internationale kwesties. Dat is niet terughoudend, dat is wantrouwen. Terwijl zij juist midden in de samenleving staan”, zegt hij.
Rik van der Graaf, CU-fractievoorzitter in Utrecht, stemde in die gemeenteraad juist voor een motie om het woord ‘genocide’ te gebruiken in gemeentelijke communicatie over Gaza. „Als de landelijke CU zich meer had uitgesproken, had ik nooit voor gestemd”, zegt hij.
Tegenstelling in de partij
De terughoudendheid om Israël te bekritiseren zit diep bij de CU. De partij ontstond in 2000 uit de fusie van het fel pro-Israëlische Gereformeerd Politiek Verbond (GPV) en de meer gematigde Reformatorische Politieke Federatie (RPF). Het GPV wortelde in de Amerikaans-evangelische traditie, waarin Israël wordt gezien als bewijs van Gods belofte. Binnen de Nederlandse gereformeerde traditie van de RPF leefde de ‘vervangingstheologie’: het idee dat de kerk zelf het nieuwe Israël is.
„Die tegenstelling zie je nog steeds terug in de partij,” zegt Bart Bolhuis, oud-persvoorlichter van de Europese CU-fractie en mede-indiener van de motie van Hegger die door het partijbestuur werd ontraden. „Uiteindelijk maken ze bovenin een pragmatische afweging.” Daarbij kijkt de partijtop volgens hem over de schouder naar de SGP. „Als wij draaien, zegt de SGP meteen: CU is links, CU kiest de kant van de pro-Palestina-demonstranten.”
De CU-jongerenorganisatie PerspectieF spreekt zich uit tegen de nederzettingenpolitiek en verplaatsing van de ambassade naar Jeruzalem. Die standpunten staan niet in het programma van de ChristenUnie. Voorzitter Jerke Setz ziet wel beweging: „Vlak na ‘7 oktober’ was de consensus: alle reacties van Israël zijn geoorloofd. Maar een paar weken later verschoof dat naar: 100 procent het recht om je te verdedigen, maar kijk ook wanneer het genoeg is.”
Lees ook
Lees de reportage Hoe in twee Friese dorpskerken een taboe verdween: ‘De profeten in het Oude Testament hadden al kritiek op Israël’
Al eerder dit voorjaar bleek in Den Haag hoe de ChristenUnie worstelt. Toen in Gaza vijftien hulpverleners door Israël werden gedood, dienden zes partijen in de Tweede Kamer samen een motie voor een onafhankelijk onderzoek, en bij weigering sancties tegen Israël. CU-Kamerlid Don Ceder diende een bijna identieke motie in — alleen zónder sancties.
Wapens
Volgens kritische CU-leden vormt de nauwe band met organisaties als Christenen voor Israël (CvI) een rem op verandering. Zo was Leon Meijer tot november 2024 voorzitter van CvI International en bestuurslid bij de ChristenUnie. Sara van Oordt, hoofd communicatie bij CvI, stond op de kieslijst van de partij.
Na onderzoek van BOOS, het Nederlands Dagblad en Investico in maart, waarin CvI werd gelinkt aan financiering van nederzettingen en wapens op de Westelijke Jordaanoever, riepen meerdere CU-leden op tot het verbreken van de banden.
Bart Bolhuis ondertekende die oproep, maar kreeg direct een telefoontje uit de partijtop, vertelt hij: „Houd het intern.” CvI zelf ontkende later de beschuldigingen. Oud-bestuurslid Meijer benadrukt dat er geen officiële banden zijn, „alleen mensen die actief zijn bij zowel CU als CvI.” Naar eigen zeggen hield hij zich als CU-bestuurslid bewust afzijdig van Israël en Palestina, voegt hij toe.
Zolang de koers rond Gaza niet wijzigt, zal Bolhuis bij de landelijke verkiezingen niet meer op de CU stemmen, kondigde hij na het congres aan op LinkedIn. De kritiek dringt volgens hem nauwelijks door tot de partijtop. „We worden aangehoord, maar daarna is het klaar”, zegt hij. „Ze zijn als de dood voor discussie. Maar als we dit gesprek niet voeren, raken we elkaar kwijt.”
De Amerikaanse democratie is nog niet dood. En Rick Johnson (60) heeft het protestbord in zijn handen om het te bewijzen. ‘Steun onze militairen. Bestrijd Agent Orange’, heeft hij erop geschreven. Met ernaast een karikatuur van Donald Trump als opgeblazen koning. Johnson bevindt zich zaterdag niet op een van de ongeveer tweeduizend demonstraties tegen de president, maar langs de route van de militaire parade die Trump zelf in Washington heeft laten organiseren. Om hier te komen moest hij langs de militaire beveiliging van het evenement.
Johnson is met zijn vrouw wel eerst bij een anti-Trump protest buiten de hoofdstad geweest en toen hiernaar toegekomen. Onzeker of ze de route van de parade van soldaten, tanks, en paarden zouden bereiken. „We hadden ons schrap gezet”, zegt hij.
Trump had gewaarschuwd dat iedereen die zijn parade met een protestboodschap durfde te verstoren met „zeer veel geweld” te maken zou krijgen. Maar dat bleek niet het geval. „Het enige wat ik moest doen is de stok waarmee ik het bord omhooghield er afhalen. Want er mogen – begrijpelijk – geen stokken in dit gebied. Ik ben aangenaam verrast. Onze vrijheid van meningsuiting is hier nog intact.”
Dan begint een man met een zwart petje met daarop het logo van het leger en in gele letters ‘gepensioneerd’ iets onverstaanbaars, maar duidelijk onvriendelijks, naar hem te roepen. „Het is de eerste negatieve openlijk negatieve reactie waar we mee te maken hebben gehad”, zegt Johnson, schouderophalend.
Rick Johnson langs de route van de militaire parade in WashingtonFoto Emilie van Outeren/NRC
De oud-militair, die niet met zijn naam in de krant wil, legt later uit: „Ik ben niet boos. Ik heb dertig jaar in het leger gediend, in twee verschillende oorlogen. Ik ken mensen die dood zijn om hun recht dit te doen te beschermen. Ik respecteer het. Ik vind het alleen ongepast, egoïstisch en zelfingenomen om dit vandaag te doen. Dit zou over de 250ste verjaardag van het leger moeten gaan.”
Meegezogen in polarisatie
Voor de meeste mensen gaat het dat ook. Vooraf is veel ophef geweest over de militaire parade met zesduizend soldaten, vijftig helikopters, tientallen tanks en gevechtsvoertuigen en historisch materieel. De Verenigde Staten hebben geen traditie van militair vertoon in de eigen straten. En juist in de week dat Trump militairen mobiliseerde tegen demonstranten in Los Angeles, laat hij ze op zijn eigen verjaardag door het centrum van Washington marcheren. De acties aan beide kusten worden door Trumps tegenstanders gezien als een manier om zijn eigen bevolking te intimideren.
Lees ook
Trump poseert als opperbevelhebber en krijgt eindelijk zijn grote militaire parade
Trump grijpt elke gelegenheid met publiek aan om er een soort campagnemoment van te maken. Het is niet toevallig dat de parade vandaag: het is niet alleen de verjaardag van Amerikaanse leger, maar ook van Trump (79) zelf. Eerder deze week gaf hij een toespraak op legerbasis Fort Bragg, North Carolina. Militairen, die politiek neutraal horen te zijn, klapten daar niet alleen voor hun president, ze joelden ook de gouverneur van Californië, de burgemeester van Los Angeles, oud-president Joe Biden en de pers uit – een duidelijk partijdig statement. Achteraf kwam naar buiten dat de aanwezigen militairen waren geselecteerd op hun uiterlijk en politieke voorkeur.
Foto Annabelle Gordon /AFP
Het leger lijkt zo, net als vrijwel elk ander instituut van maatschappelijke relevantie, te worden meegezogen in de polarisatie van de Verenigde Staten. Maar op de parade is het saamhorigheid troef. Een uiterst divers gezelschap, in leeftijd, kleur en klasse, is hier onder meer „om tanks te zien”. „Omdat we deze week toch in DC waren en dit iets leuks is om te doen.” En „om onze militairen te eren”.
Niemand, ook degenen met ‘Make America Great Again’ petjes op niet, zegt hier te zijn ter eer en meerdere glorie van de jarige president. „Alles wordt gepolitiseerd”, zegt Itai Hochhauser (26), een tot Amerikaan genaturaliseerde Israëliër met een rood Trump-petje op. „Kunnen we vandaag gewoon onze waardering uitspreken voor deze mensen in uniform, die er nooit voor uitkomen op wie ze stemmen?”
Geen koning
Veel politieker, en met een landelijk veel hogere opkomst, zijn de protesten die volgens Amerikaanse media op tweeduizend locaties plaatsvonden onder de titel ‘No Kings’. Bezoekers daarvan bestempelen de militaire parade als dictatoriaal en Trump als een autocraat. Ze zijn boos, gefrustreerd en bang over de wijze waarop Trump instituties afbreekt, ambtenaren ontslaat, militairen inzet en per decreet en zonder proces migranten uitzet.
In Arlington, Virginia, net over de brug van Trumps militaire festijn in de hoofdstad, vormen demonstranten een lint langs een belangrijke verkeersader, waardoor niets zinnigs te zeggen is over de opkomst. Het is in ieder geval een minder divers publiek dan bij de parade. Net als bij een eerder protest overheersen witte, oudere mensen hier.
Auto’s rijden toeterend langs Laura Cohen (61), die een bord met de tekst: „De macht van het volk is sterker dan (die van) de mensen aan de macht.” Ze voelt zich „ziek” over alles wat Trump doet in zijn tweede termijn. Vooral over hoe hij en zorgminister Robert F. Kennedy de wetenschap, gezondheidszorg en het vaccinprogramma afbreken.
Foto Emilie van Outeren/NRC
„Sommige mensen hebben het over een constitutionele crisis, maar volgens mij zijn we dat punt allang voorbij. We leven nu in een autocratische oligarchie”, zegt Cohen. „Onze rechters doen wat ze kunnen, maar het is te weinig en te traag.” Wat heeft het dan voor zin om te demonstreren? „Geen idee, maar het maakt me hoopvol om hier met gelijkgestemden te zijn. Anders lig ik maar thuis op de bank mijn weg door slecht nieuws te scrollen.”
Lees ook
De militaire parade van Donald Trump in beeld
Ze hoopt ook dat dit protest mensen die op Trump stemden aanmoedigt om zich tegen hem uit te spreken. „Ik snap dat mensen in november tegen de status quo stemden, maar ik kan me niet voorstellen dat zijn machtsmisbruik is wat zij wilden.”
Informatie-oorlog
Even verderop staat Nathan Dalton (27), met zijn vrouw Stephanie (28). Zij zijn de afgelopen maanden en jaren bij allerlei protesten en acties geweest. „Ik maak me echt zorgen over onze democratie. Historisch gezien, wanneer iemand probeert macht te grijpen of te behouden, hangt het succes altijd af van aan welke kant de krijgsmacht staat. De tekenen zijn de afgelopen tijd niet best”, zegt hij. „Maar wat me werkelijk bang maakt, is de informatie-oorlog. Zoveel mensen in dit land hebben geen idee meer wat er werkelijk aan de hand is. Dat probleem duurt waarschijnlijk langer dan Trump leeft.”
Nathan en Stephanie Dalton Foto Emilie van Outeren
Toch is hij minder pessimistisch over de huidige staat van de Amerikaanse democratie dan vele andere demonstranten. „Je merkt dat Trump gevoelig blijft voor de publieke opinie. Hij is wat teruggekrabbeld in de bezuinigingen op de federale overheid toen hij merkte dat dat impopulair was. Er zitten barsten in onze democratie. Maar deze is nog niet gebroken.”
De tuin van de aan aids overleden filmregisseur Derek Jarman (1942-1994) is een bedevaartsoord. Ook voor de jonge tuinman Jonny Bruce was het een heilige plek, maar hij leerde: „Je kan een tuin niet stilzetten.”
Heb je vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze redactie via [email protected]